14 April 1945 avond
Zaterdagavond 14 April 1945
Het artillerievuur is in hevigheid toegenomen, wij hebben nu zoo goed en kwaad als het ging voor allen een bed in de kelder gemaakt. Dat kon net want de buren zijn niet op komen dagen. Dat had ik al voorzien, want we hadden gisternacht al een beetje woorden. Ze vroegen indien de nood aan de man kwam, wie dan het eerst uit de kelder mocht: ik antwoordde van “de kinderen natuurlijk” en dat stond Sientje en haar man niet aan, zij wilden er het eerst uit met hun kind. Ik ben blij dat ze niet terug gekomen zijn, de lucht is er van gezuiverd hier in de kelder, ik kan ze niet meer uitstaan! Zoodoende hebben we nu ook meer plaats.
De kinderen zijn de eenigen die de ernst niet beseffen. Om beurten, dan Annie, dan Henkie vragen wanneer we weer in de kelder gaan, want dat hebben ze zo lollig gevonden. De buren hebben de accu weer mee genomen, maar gelukkig hadden we nog een paar stukken kaars, misschien halen we de vrede er mee.