4 Januari 1945
Donderdag 4 Januari 1945
Nu ben ik blij dat ik doorgezet heb, want ik mag nog helemaal niet klagen. Gisteren heb ik 7 pond rogge opgehaald. En vanmorgen ben ik om 9 uur weer op pad gegaan en toen kreeg ik 5½ pond rogge en 1 pond tarwemeel, 4 à 5 kg aardappelen, 4 ons aan broodbonnen en 2 aardappelbonnen. En zoo als het met alles gaat, je krijgt de smaak er van te pakken, dan blijf je er mee doorgaan. Zoo was het ook met mij. Dus ging ik ’s middags weer vol goede moed op stap en het geluk liet me niet in de steek, 16½ pond rogge, 3 eieren en 6 appels, dus heb ik een goeie dag gehad. Allemaal bij kleine beetjes; hier een pondje en daar een pondje; maar vele kleintjes maken één grote, ondervind ik nu. En het meeste dat ik betaald heb was een kwartje per pond.
Ik ben blij dat ik die fiets meegekregen heb, anders had ik dat niet kunnen doen, alles ligt hier zoo ver uit elkaar.
Ze hebben hier bij de fam. Berends een varken geslacht, daar heb ik het goed mee gehad, met worst en lever, kaantjes op brood, wat wil je meer, nu ik kan niet zeggen dat ik erg naar Apeldoorn verlang!